Boeiboorden met vleermuisopeningen

V011

Verblijfplaatsen kunnen eenvoudig worden gerealiseerd door boeiborden toegankelijk te maken voor vleermuizen.

Algemeen

Beschrijving van de maatregel

Middels invliegopeningen kunnen vleermuizen de holle ruimte achter boeiborden gebruiken als verblijfplaats.

Doelsoorten

Gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, gewone grootoorvleermuis, laatvlieger, baardvleermuis

Gebruiksadvies

Positief, toepassen.

Doelsoort en functionaliteit

Gewone dwergvleermuis

Functie Functionaliteit Status
Zomerverblijf en paarverblijf ++
Wetenschappelijk Bewezen
Kraamverblijf + bij grotere boeiborden
Wetenschappelijk Bewezen
Winterverblijf (mits vorstvrij) +
Wetenschappelijk Bewezen

Ruige dwergbvleermuis

Functie Functionaliteit Status
Zomerverblijf en paarverblijf +
Bewezen in bestaande situatie
Winterverblijf (mits vorstvrij) +
Wetenschappelijk bewezen

Gewone grootoorvleermuis

Functie Functionaliteit Status
Zomerverblijf en paarverblijf (alleen i.c.m. spouw) +/- Te bepalen door ecoloog
Bewezen in bestaande situatie

Laatvlieger

Functie Functionaliteit Status
Zomerverblijf +
Bewezen in bestaande situatie

Fysieke richtlijnen

Maatvoering

Langs de gehele dakrand (heel boeiboord). Indien niet mogelijk, gelden de volgende minimum maten:
Gewone dwergvleermuis/ruige dwergvleermuis:
– Zomer- & paarverblijf: minimaal 0,35 m2
– Kraamverblijfplaats: minimaal 15-20 m2

Baardvleermuis:
– Zomer- & paarverblijfplaats: minimaal 0,22 m2
– Kraamverblijfplaats: minimaal 25 m2en verdeeld in verschillende compartimenten en bij voorkeur meerlagig

Gewone grootoorvleermuis:
– Zomer- & paarverblijfplaats: minimaal 20 m2
Minimaal 48 compartimenten
– I.c.m. toegang tot spouwmuur d.m.v. entreesteen

Laatvlieger:
– Zomerverblijfplaats minimaal 25 m2
– Minimummaat kan ook behaald worden door met meerdere lagen te werken, bijvoorbeeld 2 lagen van 12,5 m2

Compartimenten zijn in alle gevallen minimaal 35 cm hoog en 100 cm breed. Grotere minimum oppervlaktes kunnen gehaald worden door compartimenten onderling te verbinden en/of meerlaags te werken. Door verschillende compartimenten in verschillende windrichtingen aan elkaar te verbinden kunnen vleermuizen de meest optimale plek vinden bij verschillende (extreme) weersomstandigheden. Openingen tussen compartimenten 50-100 mm breed

Diepte per soort:
– Gewone dwergvleermuis/ruige dwergvleermuis: 17-30 mm
– Baardvleermuis/Gewone grootoorvleermuis: 17-30 mm
– Laatvlieger: 25-30 mm In geval van winterverblijf altijd meerlagig (of i.c.m. inbouwkast of spouwmuur) om doorvriezing te voorkomen.

Toelichting

*1. Deze maatvoeringen zijn tot stand gekomen in een studie naar afmetingen van bestaande verblijfplaatsen. De afmetingen hebben een ruime foutmarge. Kleinere verblijfplaatsen hebben ook potentie, maar hiervoor is geen wetenschappelijke onderbouwing. *2. Onderzijde deels afsluiten, scheef toelopende afsluitlat om mest te verwijderen. Door het verblijf meerlagig te maken wordt doorvriezing bij winterverblijfplaatsen voorkomen en wordt extra microklimaat en warmtebuffering gerealiseerd.

Invliegopening

In geval van bestaande situatie, invliegopeningen hetzelfde of gelijkend en op dezelfde locatie als bestaande situatie. Minimaal 1 invliegopening per compartiment.
Maten invliegopeningen:
– Gewone dwergvleermuis/ruige dwergvleermuis: 17-20 mm hoog, 50-100 mm breed
– Baardvleermuis/Gewone grootoorvleermuis: 17-20 mm hoog, 50-100 mm breed
– Laatvlieger: 20-30 mm hoog, 50-100 mm breed

Locatie

Rondom het gebouw; bij voorkeur met doorgang om de hoeken. Bij onvoldoende mogelijkheden op 1 locatie (terugvaloptie) en er is een voorkeur voor de zuid- en/of westgevel. In geval van baardvleermuis dient aandacht besteed te worden aan een netwerk van verblijfplaatsen (minimaal 15)

Hoogte

> 3 meter bij boeiboord, indien bouwtechnisch niet mogelijk, terugval optie >2,5 meter

Toelichting

I.v.m. roofdieren (kat, steenmarter).

Verlichting

Geen directe verlichting op invliegopening.

Toelichting

Vleermuizen mijden verlichting.

Beplanting

Uitvliegroute vrij van obstakels als takken of bomen. Voldoende opgaand groen als foerageergebied en/of vliegroute in de omgeving van de verblijfplaats.

Toelichting

Toegankelijkheid verblijf Een vleermuisvriendelijke omgeving kan de functionaliteit van verblijfplaatsen verbeteren.

Windrichting

Bij meerdere voorzieningen zorgen voor variatie in windrichting.

Toelichting

Variatie in microklimaat (bezonning).

Materiaal

Zowel de buitenmuur als de binnenzijde van de plaat of planken moeten ruw zijn (geen kunststof).  Invliegopening ook van ruwe materialen (bijvoorbeeld steen). Gebruik geen donkere kleuren aan zonzijdes (met name zuid- en westzijde) (bijvoorbeeld zwart)

Toelichting

Voldoende hang- en kruipmogelijkheden. Donkere kleur van boeiboorden kunnen leiden tot oververhitting in verblijfplaats bij warm weer

Optimalisatie

Maatregel combineren met verbinding naar de spouwmuur. Maatregel combineren met inbouwkast. Door verschillende maatregelen te combineren wordt er een grotere variatie in microklimaat geboden en buffering. Extra gelaagde boeiboorden toevoegen voor meer variatie in microklimaat.

Toelichting

Door extra gelaagdheid aan te brengen wordt extra buffering aangebracht en wordt doorvriezing bij winterverblijven voorkomen

Leveranciers

Maatwerk producten

Unitura | bedrijf gespecialiseerd in de productie van (prefab) maatwerk
Miecon BV | bedrijf gespecialiseerd in de productie van maatwerkvoorzieningen
Miecon BV
Faunus Nature Creations | bedrijf gespecialiseerd in het ontwerp van maatwerkoplossingen
Faunus Nature Creations

Bronvermelding

Websites

Website: NABU (Naturschutzbund)/ 10/8/18 | Voorbeeld gebruik maatregel in Duitsland | Gebruikt als basisinfo en erkenning.

Website: Vleermuis.net/ 6-12-18 | Kennis over vergelijkbare informatie | Gebruikt als basisinfo en erkenning.

Artikelen en publicaties

Rapport en bijlagen (soortenfiches): Schillemans et al., 2021 | Informatie over maatvoering en functionaliteit | Gebruikt als functie indicatie en basisinfo

Kennisbijeenkomst na-isolatie en renovaties vleermuizen: RVO, 04/11/21 Informatie over de effecten en mogelijkheden van na-isolatie en renovaties voor vleermuizen | Gebruikt als basisinfo

Voorbeeld foto's